Ik (Klaas) ben een week de stad uit gegaan om in een dorp te leven. Het doel van zo’n village stay is om de taal meer te leren en ook om de cultuur beter te begrijpen, door er een onderdeel van te worden. Een week is erg kort, maar beter dan niets. Het was maar zo kort omdat Dineke en ik voor langere tijd uit elkaar zullen zijn dit jaar voor mijn werk. Misschien dat we in de toekomst nog samen een village stay gaan doen. Op zondagochtend vertrok ik van huis met een rugzak op en slaapzak mee. Ik liep naar de ringweg, waar ik een busje nam tot aan een groot kruispunt. Daar op zoek gegaan naar de bus die me naar het juiste dorp zou brengen. Na heel wat rond gevraag, had ik er eindelijk eentje gevonden. Dit was niet een grote bus, maar een zogenaamde micro, waar plusminus 15 mensen in kunnen. Ik kreeg niet een eigen stoel, maar een krukje in het gangpad en betaalde zo’n 6 euro voor een reis van minimaal 8 uur.

Aangekomen, haalde de jongere broer van de vrouw van mijn taalleraar mij op. Hij is 21 jaar en gaat naar ‘college’. Maar hij had deze week winter vakantie. En dus heb ik elke dag met hem en zijn vrienden opgetrokken. Aan het eind van elke dag gingen we voetballen. Ik ontdekte dat ik veel beter voetbal op mijn blote voeten. De eerste dagen gingen de conversaties nog te snel om te begrijpen, maar hoe verder in de week, des te meer begreep ik wat er gezegd werd. Ook kon ik aan het eind van de week prima hele conversaties met wildvreemden op straat hebben.

Ik at elke dag twee grote maaltijden, rond 10 uur ’s ochtends en 6:30 ’s avonds. Dan werd mij daal baat geserveerd; dat is rijst met een linzensoep en een groente curry, soms met kip en met iets zuurs en dan nog wat extra om het pittig te maken. Daarbij kreeg ik verse buffelmelk en karnemelk. Tussendoor dronk ik zoete melkthee en at ik af en toe een snack. Het huis is van klei en steen gemaakt. Aan het huis is de stal en op 15 minuten loopafstand heeft de familie wat grond om rijst op te verbouwen. De vader van het gezin is erg oud en is slecht ter been. Zijn vrouw is een stuk jonger en doet erg veel werk in en rond het huis. Er kwamen regelmatig familieleden langs deze week, die soms 1 of 2 nachten bleven.

Iedereen in het dorp is nieuwsgierig naar de nieuwkomer en wil even met je praten. De jongens waar ik elke dag mee voetbal noemen zich al snel vrienden van mij en ik heb nu een aantal facebook verzoeken binnen. Ze hebben namelijk allemaal een mobiele telefoon met internettoegang. Ze vragen allemaal of ze niet met mij mee kunnen naar Nederland om daar veel geld te verdienen en dan weer terug te komen om te trouwen en een huis te bouwen. Iedereen hier is Hindu en het feit dat ik christen ben is vaak aanleiding tot leuke gesprekken.

Op zaterdag kwam ik terug naar de stad. Ik had een grote extra tas mee met allemaal etenswaren voor de vrouw van mijn taalleraar en ook een beetje voor Dineke en ik. Thuis gekomen neem ik een erg lange douche en geniet ik van een zacht matras en het feit dat de wc een paar stappen is verwijderd. Ik heb de mensen in het dorp beloofd dat ik terug zal komen en dan Dineke met me mee neem. Ik ben in ieder geval een stukje zelfverzekerder geworden in het gebruik van de taal hier.